Paddenstoelenragout:

Verschillende soorten paddestoelen 500 gram – 1 prei  in ringetjes gesneden – 50 gram boter en een beetje extra – 60 gram bloem – kruidenbouillon – kerrie naar smaak – mespuntje cayennepeper – peper en zout – worcestershiresauce naar smaak – gesnipperde ui – scheutje room – knoflook

Bak de ui in extra boter, samen met de paddestoelen en de prei. Schep het geheel goed om. Smelt de 50 gram boter, voeg de bloem en wat kerrie toe en roer tot zich een bal vormt die loskomt van de bodem. Voeg nu de koude bouillon toe en roer tot je een dikke stevige saus krijgt. Schep het paddestoelenmengsel erdoor en maak af op smaak met de worcestershiresauce, peper en zout en wat cayennepeper. Je kunt eventueel nog wat knoflook toevoegen en een scheutje room.

 

Vijgen met amaretto en room:

500 gram gedroogde vijgen – 2 borrelglaasjes amaretto – slagroom – suiker naar smaak – kaneel.

Doe de vijgen en de amaretto in een steelpan en laat het langzaam warm worden. Doe de deksel erop en laat een half uur stoven. Doe over in een schaal en laat de vijgen koud worden. Sta de slagroom met de suiker naar smaak lobbig. Verdeel de vijgen over bordjes en lepel er wat room overheen. Strooi er bij het opdienen nog wat kaneel over.

 

Luchtige sinaasappelpudding:

16 gram gelatineblaadjes – 0,5 dl water – 125 gram suiker – 3 dl vergeperst sap van sinaasappels en 1 citroen – 2,5 dl slagroom – suiker voor de slagroom.

Laat de gelatineblaadjes in koud water zacht worden. Los in 0,5 dl water de suiker op en verwarm dit in de magnetron. Roer en dan de goed uitgeknepen gelatine door. Voeg het vruchtensap toe en zet de schaal in de koelkast. Controleer af en toe of de vloeistof al begint op te stijven. Klop in een brandschone kom de eiwitten stijf met een klein snufje zout. Klop in een andere kom de slagroom met de suiker lobbig, dus niet al te stijf. Leg de slagroom op de eiwitten en hierop het opstijvende sapmengsel. Spatel dit luchtig door elkaar (niet roeren). Bestrijk een puddingvorm met eiwit en giet hier het mengsel in. Laat verder opstijven in de koelkast. Stort de pudding op een schaal en versier met toefjes slagroom en Franse vruchtjes, schijfjes kiwi en partjes sinaasappel en mandarijn.

 

Vis met knoflooksaus:

4 visfilet zonder huid – 50 gram zelfrijzend bakmeel – 1 ei, licht geklopt – 1,25 dl koud bier – 2/3 kop paneermeel – 2 grote aardappelen geschild – 4 teentjes knoflook – 1 eetlepel witte wijnazijn – zout – peper – 80 ml olijfolie.

De filets in de lengte halveren en droogdeppen met keukenpapier. Het meel in een kom zeven. Beetje bij beetje het bier met het losgeklopte ei toevoegen. Met een houten lepel roeren tot het vocht opgenomen en het deeg glad geworden is. Olie in een pan verhitten. De filets een voor een in het beslag dopen. Overtollig beslag laten afdruipen. Door paneermeel rollen. De filets aan beide kanten in 2 minuten goudgeel bakken. Op keukenpapier laten uitlekken. Aardappelen in blokjes snijden. In 8 minuten koken en afgieten. In een kleine schaal prakken met een vork. Knoflook en azijn toevoegen en goed roeren. Naar smaak peper en zout erdoor roeren. De olie al roerend toevoegen tot het mengsel dik en zacht is. De filets warm houden en met de knoflooksaus serveren.