Ei-waterkerssalade:

Breng een pan water aan de kook en voeg 250 gram groene asperges toe. Kook ze tot ze gaar zijn, laat ze uitlekken en spoel ze af onder een koude kraan. Verwijder de steeltjes van de waterkers, schik ze in een grote kom. Leg er 8 in tweeλn gesneden hardgekookte eieren op en de asperges. Garneer met ringen rode ui en 250 gram kerstomaten. Meng 125 gram mayonaise, 3 theelepels Zaanse mosterd, peper en zout. Schenk het over de salade en serveer hem.

 

Kokosnootcake met siroop:

250 gram basterdsuiker – 250 gram boter – 3 eieren, licht geklopt – 1 eetlepel vanille-essence – 1 kop griesmeel – Ύ kop kokosvlokken – 200 gram zelfrijzend bakmeel – 180 gram suiker – 2,5 dl water – 1 citroen in dunne schijfjes.

Oven voor verwarmen op 180 graden. Een springvorm invetten. Bodem en zijkanten bedekken met bakpapier. Met de mixer de boter en suiker 10 minuten mixen. Beetje bij beetje eieren, vanille-essence en griesmeel toevoegen. Nog  5 minuten mixen. Mengsel in een mengkom doen. Kokosvlokken toevoegen. Het gezeefde bakmeel met een metalenlepel er doorheen scheppen. Goed mengen tot een glad deeg ontstaat. Deeg in de vorm scheppen, bovenkant glad strijken. 1 uur bakken. Met een vleespen in de cake prikken, de cake is klaar als de vleespen er schoon uitkomt. Suiker en water in een kleine pan doen en op matig vuur roeren tot de suiker is opgelost en de siroop kookt. De schijven citroen toevoegen, aan de kook brengen en op een laag pitje 15 minuten laten pruttelen. Niet roeren. De koude siroop over de cake gieten. Garneren met schijfjes citroen en room.

 

Vruchtenbroodjes:

5 gram gist – 1,25 dl warme melk – 300 gram gezeefde bloem – 1 appel in fijne stukjes – 1 banaan in fijne stukjes – 150 gram bigarresaus – 100 gram gedroogde abrikozen of tuttifrutti in stukjes gesneden – 100 gram krenten en rozijnen – 100 gram fijngehakte noten – 2 eetlepels rum – 125 gram boter in stukjes – 1 theelepel suiker – 1 theelepel kaneel – 1 losgeklopt ei – 2 theelepels geraspte citroenschil – 600 gram extra boter – 50 gram basterdsuiker. Glazuur: 1 eetlepel melk – enkele druppels oranjebloesemessence – 2 eetlepels basterdsuiker.

Bekleed een cakeblik met bakpapier. Laat de rozijnen en krenten weken in de rum. Doe de gist, 1 theelepel suiker en de eetlepel bloem in een kom. Voeg de melk met kleine beetjes toe en roer tot een gladde massa. Bedek de kom met plastic en zet hem een kwartier op een warme plaats. Doe bloem, boter, suiker en de kruiden in de keukenmachine. Mix tot de massa los en kruimelig is. Voeg ei, gistmengsel en citroen toe. Mix goed. Kneed het deeg dan op een met bloem bestoven ondergrond glad. Rol tot een bal en zet die in een ingevette beslagkom met plastic bedekt weg op een warme plaats. Kneed het deeg na een uur nog eens door. Klop de extra boter en de suiker met een mixer luchtig en romig. Voeg kaneel, rozijnen en krenten, noten, verse vruchten, bigarresaus en abrikzozen/tuttifrutti toe. Rol het deeg uit en beleg het met dit mengsel, laat een randje vrij langs de lange zijden. Rol het deeg in de lengte op tot een stevige rol en snijd die in plakken. Leg ze op de bakplaat. Bedek de plaat met plastic en laat de plakken op een warme plaats in 20 minuten rijzen. Verwarm de oven voor op 200 graden. Bak de broodjes in 20 minuten bruin en gaar. Maak ondertussen het glazuur van melk, poedersuiker en  essence. Bestrijk de warme broodjes ermee en laat ze afkoelen op een taartrooster.

Tip: Een snelle manier is om kant-en-klaar diepvriesbladerdeeg te gebruiken in plaats van zelfgemaakte gistdeeg. Je kunt dan het rijzen overslaan. Laat de plakjes bladerdeeg eerst naast elkaar ontdooien. Rol ze uit tussen twee laagjes plasticfolie, dat voorkomt plakken.

 

Kip-kerriesalade met perzik:

200 gram gebakken kipfilet – 200 gram selleriesalade – 1 blik perziken – 2 theelepels kerrie – 1 snufje paprikapoeder – snufje cayennepeper – een beetje gembernat.

Snijdt de kipfilet in hele kleine stukjes. Snijden de perziken in kleine blokjes. Meng dit alles door de sellerliesalade. Voeg de specerijen en de gembernat. Laat het afkoelen en zet het dan weg. Je kunt de salade opdienen met schijfjes perzik en kiwi.

 

Maοskoekjes:

1 blikje maοs – het groen van een prei fijngesneden – 2 eetlepels suiker – zout – sambal – 1 theelepel kerrie – 2 eieren – 4 eetlepels bloem – scheutje melk.

Roer alles goed door elkaar tot een beslag. Bak de koekje in een koekenpan. Ongeveer 1 eetlepel beslag per koekje.

 

Kippenragout met ananas en kokos:

300 gram kipfilet – 1 blikje ananasstukjes – 1 eetlepel kerrie massala en 1 eetlepel kerrie djawa – cashewnoten – Ό blokje santen – 1 kippenbouillonblokje – 1 liter water – klontje boter en schepje bloem – 2 teentje knoflook – 1 ui.

Maak de bouillon. Laat hierin de kipfilet gaar worden. Laat het afkoelen. Smoor de ui en doe de kerrie erbij. Voeg de knoflook toe. Voeg de bloem toe en roer tot zich een bal vormt de van de bodem loslaat. Voeg beetje bij beetje de bouillon toe en roer tot een ragout. Laat het blokje santen hierin smelten en roer weer goed door. Voeg nu de stukjes kip en ananas erbij en verwarm dit nog 10 minuten. Dien alles op met rijst en met wat cashewnoten.

 

Pilaf:

Rijst - 350 gram kipfilet – champignons - 1 paprika - 1 blikje perziken - 1 zakje kerriesaus

Rijst in ruime hoeveelheid water koken. Champignons, paprika en kipfilet in stukjes snijden. Alles in de wok roerbakken. Als alles gaar is de perziken in kleine stukjes toevoegen. De kerriesaus maken en die al roerend toevoegen. Als de rijst gaar is afgieten. De rijst en de pilaf apart serveren.